Wladyslaw Szpilman – De pianist
Voor het eerst op Hyves gepubliceerd op 3 december 2007
(tot 23 december 10 x bekeken)
Kort na de oorlog schreef Szpilman – één van de weinige overlevenden uit het ghetto van Warschau – op wat hij had meegemaakt. Als je echt tot je door laat dringen wat deze man heeft meegemaakt, dan vergaat je de lach die je vanwege de humor van sommige fragmenten niet kunt onderdrukken. Het brengt Polen in beeld die collaboreerden en anti-semiteerden (het vooroordeel dat we allemaal van Polen kennen), maar andere Polen hebben Szpilman uiteindelijk door de oorlog heen geholpen. In Nederland was het al gevaarlijk om Joden te verbergen; in Polen was dat nog gevaarlijker, want de Duitsers werden – hoe oostelijker ze onderdrukten – steeds minder subtiel. Aan het einde van de oorlog is niet alleen het ghetto vernietigd en met de grond gelijk gemaakt (dat verhaal kennen we), maar is heel Warschau ontruimd en in brand gestoken. Als bijna enige blijft Szpilman achter in een stad die verder ontruimd is en waar geen eten meer te vinden is. En dan blijkt hij juist in het huis te zitten dat de Duitsers hebben aangewezen als hun laatste hoofdkwartier in Duitsland. Telkens opnieuw lijkt zijn laatste uur geslagen (honger, kogels van Duitse zijde, maar uiteindelijk ook van Poolse zijde, verraad, etc.). Maar telkens opnieuw lijkt er een wonder te gebeuren dat hem op de been houdt.
Alles bij elkaar is het een boek dat je meevoert op de gevaarlijke weg van een individu (maar met distantie geschreven en nergens emotioneel), maar tegelijktijd inzicht geeft in wat de Duitsers uitspookten in Polen (met zowel de Joden als met de Polen). Daarmee is het een boek dat – vlak na de oorlog geschreven – inzicht geeft in een stukje geschiedenis dat in Nederland nauwelijks beschreven is of inzichtelijk is gemaakt. Zeker een aanrader is.
Veel langer geleden al zag ik de film van Roman Polanski. Eerlijk gezegd maakte die film in eerste instantie niet zo heel veel indruk op me. Toen een vriendin vertelde dat zij de film had gezien (ik weet het eigenlijk niet meer: op mijn aanraden?) en best geschokt was door de beelden die ze had gezien, wist ik me eigenlijk niets meer te herinneren van de film. Ja, zei ze, bijvoorbeeld die invalide die met kar en al over de balustrade wordt gegooid…. En toen ging er een lichtje branden. Tijdens het lezen van het boek gingen er meer lichtjes branden en gisterenavond heb ik de film opnieuw gescand. Ten eerste valt op dat de film het boek vrij letterlijk volgt (hoewel het uitroken van het ghetto in de film wel erg gelijk getrokken wordt met de deportatie en opstand in de hele stad). Maar belangrijker nog: dan komen ineens die beelden terug die ik eerder had gezien, die tijdens het lezen van het boek vaag werden opgeroepen en die nu ineens weer keihard binnenkomen: een auto die letterlijk over lijken heenrijdt, de invalide, de mensen die verschillende keren – om niets – worden doodgeschoten en dat schokkende stukje waarin 10 mensen willekeurig uit de rij worden gehaald en stuk voor stuk doodgeschoten worden. Als de laatste aan de beurt is (hij ligt samen met de anderen op de grond) herlaadt de moordenaar rustig zijn pistool en heel even hoop je dat de laatste het overleeft. Maar nee: ook de laatste man wordt zonder enige emotie doodgeschoten alsof er een taakje moet worden afgerond.
Dat betekende een aha-erlebnis voor me: dat je een film ziet, waarin je keihard met feitelijke beelden wordt geconfronteerd die blijkbaar niet in je geheugen passen. Zijn ze te bizar? Heb ik ze verdrongen? Ik weet het niet. Wat ik wel weet is dat ik de film pas door het boek ben gaan waarderen.
Dat brengt me bij een laatste opmerking. Roman Polanski was op zijn manier ook een overlevende. Begin jaren ’70 verloor hij zijn vrouw door een brute moord, maar eind jaren ’70 drogeerde en verkrachtte hij een meisje van 13. Via ‘De Pianist’ kwam ik terecht bij A.F.Th. van der Heijden, maar dat is weer een heel ander verhaal over goed en kwaad. Overigens wel een geniaal verhaal, maar daarover later meer.
Trouwens; meer info:
[…] ontdekte ik dat Polanski zelf ook geen lieverdje is (zie mijn blog over ’Schervengericht‘ van A.F.Th. van der Heijden). Ondanks die ontdekking vermaakte ik me met ‘Chinatown‘ en bleef ik onder de indruk van ‘The Pianist‘ van deze regisseur. Maar waar ik bij deze films van buitenaf bleef kijken, bewerkte Polanski met […]