Het open einde van Ramin Bahrani
De films ‘Chop Shop‘ en ‘Goodbye Solo‘ van de regisseur Ramin Bahrani zijn samen met zijn film ‘Man Push Cart‘ gebundeld in de trilogie ‘American Dream‘. Dat is dan wel de keerzijde van The American Dream, want het leven van Alex en Solo is nou niet zo dat je er terstond jaloers op wordt.
De film ‘Chop Shop‘ speelt in een achterbuurt van New York. We volgen Ale(jandro) (12 jaar) en met hem zijn zus Isamar (16 jaar); twee straatwezen die in die achterbuurt met elkaar een kamertje delen in een garage. Ale werkt in deze chop shop (‘carosseriebouwer/spuiterij’) en Isamar doet iets met hamburgers. Maar Ale droomt en vindt bij een oom van een vriendje een oude aftandse ventauto, waarmee zijn zus zelf hamburgers uit zou kunnen venten en ze besluiten samen om voor die kar te gaan sparen. Totdat Ale erachter komt hoe zijn zus dat ‘gemakkelijke’ geld verdient… Vanaf dat moment begint hij zich steeds meer in zichzelf te keren. In de wereld van Ale en Isamar wordt gestolen en gevochten en je ziet hoe zij zich ‘moeiteloos’ aanpassen aan die omgeving om te overleven. Het is goed dat ze elkaar hebben, want ook als het kleine broertje zijn grotere zus corrigeert en zij eerst bokkig reageert, weet Ale het ijs met zijn zus toch weer te breken. Alsof Bahrani wil zeggen: samen kun je er misschien nog íets van maken. Een mooie film. Echt de moeite waard om naar te kijken, maar neem er dan wel een avond voor om daarna nog wat verder te kunnen mijmeren en het verhaal op je in te laten werken…
Dat geldt ook voor Goodbye Solo. Solo rijdt een taxi in Winston-Salem; een onbekend stadje in het Westen van Amerika. Op een dag pikt Solo William op en er ontstaat een nogal eenzijdige (door Solo opgedrongen) vriendschap tussen beide heren. Solo komt uit Senegal (voor hem begint de American Dream) en William is een Amerikaan voor wie die droom is geëindigd in verdriet, pijn en teleurstelling. William vraagt Solo om hem op 20 oktober naar Blowing Rock te brengen (“de enige plek op deze aarde waar de sneeuw omhoog waait”). In de loop van de film verkoopt William zijn huis en heft hij zijn bankrekeningen op. Je begint al snel te vermoeden (met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid) dat het ritje naar Blowing Rock een enkeltje zal zijn. Net als in de film ‘Chop Shop‘ maak je in Solo kennis met een mens wiens verdriet hem in zichzelf doet keren. Hij volgt zijn droom (die dood lijkt te lopen); hij vlucht voor zijn verantwoordelijkheid; hij houdt van zijn vrouw en stiefdochtertje en zij van hem, maar hij verlaat hen toch. Zijn ogen keren zich naar binnen, als hij ziet dat zijn ‘vriend’ William het leven afbouwt. En toch lees je in de laatste blikken die William en Solo kunnen uitwisselen dat een intense verbondenheid is gegroeid die wederzijds moet zijn.
Beide films laten een ongepolijste uitsnede zien uit levens die maar niet van de grond willen komen. Relaties beredderen dat nog een beetje, maar je weet dat dit ‘m niet gaat worden. Toch leer je met Ale en Solo genieten van de momenten dat er liefde groeit tussen twee mensen; tussen Ale en Isamar; tussen Solo en William; tussen Solo en zijn vrouw; maar ook tussen Ale en zijn baas, de garagehouder. Daar moeten deze mensen het – weet je op die momenten diep in je hart – net als jij en ik toch gewoon van hebben…