A.F.Th. van der Heijden – De liefdesbaby
Je zou haast gaan denken dat ik een fervent van-der-heijden-hater ben, maar om Freek de Jonge te parafraseren: “Dan zit je ongenadig mis”. Toch kom ik opnieuw tot de plakker ‘afrader’ als het om dit kleine boekje gaat. Een liefdesbaby kun je het object van dit verhaal niet echt noemen, want betreffende baby is verwekt op de set van een pornofilm. Dat vader en moeder aan elkaar blijven hangen, zal ermee te maken hebben dat de oude en nieuwe tijd elkaar in de jaren ’60 raakten. ‘Moeten trouwen’ was toen waarschijnlijk – ik ben er zelf natuurlijk nooit bij geweest, want van eind jaren ’60 – nog een oud begrip dat niet meer echt aansloot bij de sexpraktijk van die dagen. Maar als ons object dan toch geboren wordt (‘vader’ en ‘moeder’ zijn nog steeds ‘bij elkaar’) wordt het in een AH-doos gestopt en door een vriend van de vader in de bosjes geplaatst.
Wat onvoorzichtig! Kind wordt gevonden, moeder ongelukkig en ten slotte ten einde raad, want… oh nee, de clou. Niet verklappen! Hoewel: zal ik je de lust van het lezen van deze afrader ontnemen? Ja, laat ik dat doen. Object van handeling gaat dood, moeder gaat op zoek en als aap uit de hoge hoed blijkt kind toch niet dood te zijn. Maar moeder krijgt dat nooit te horen…
Wat een ellende toch…
Dit boekje mag van mij op de grote hoop met pulp. Het verscheen in de serie ‘Schrijvers van naam’. Van der Heijden maakt die naam waar met zijn Schervengericht (absoluut!), maar met dit boekje in juist die serie heeft hij die naam toch behoorlijk te grabbel gegooid.
Loes reageerde op mijn vorige blog over Drijfzand koloniseren van Van der Heijden met de opmerking dat ik Doodverf (het nieuwste boek van Van der Heijden) zeker zou moeten lezen. Ik ga het nog één keer proberen…
Ik weet niet of jij het boek wel gelezen hebt, maar uiteindelijk komt ze wel te weten dat het kind niet dood is, de zuster wil niet zeggen waar die wel is maar ze komt er dan uiteindelijk toch wel achter dat hij niet dood is…
Ashley,
Blijkbaar had ik de interesse aan het einde van het boekje zo verloren dat ik de clou ervan gewoon miste. Het zou overigens ook goed kunnen zijn dat zowel jouw interpretatie als de mijne passen bij het verhaal en haar ontknoping; lekker postmodern, zeg maar. En dat is nou net wat ik tegen dit boekje had.
Overigens vind ik dat – misschien ook wel omdat het er in dat boek echt op aankomt – niet van toepassing op Tonio (wat ik recent las) en ook niet op Schervengericht. Die boeken vind ik behoren tot het beste dat ik ooit gelezen heb.
Karel J.