Pascal Mercier – Lea

Pascal Mercier, Lea

In vergelijking met het schitterende ‘Nachttrein naar Lissabon’ van dezelfde schrijver moest dit bijna wel tegenvallen. In dat boek wilde ik van bijna elke bladzijde wel een anekdote, scherpe waarneming of ontroerend moment vasthouden en nooit meer vergeten. Dat gold natuurlijk niet voor ‘Lea’, maar tegenvallen deed het boek toch ook weer niet. Een schrijver kan niet altijd excellent zijn, maar goed is goed genoeg en dat laatste geldt zeker voor ‘Lea’.

Ook in dit boek (net als in ‘Contrapunt’ van Anna Enquist) gaat het over de relatie tussen een ouder (in dit geval een vader; Martijn van Vliet) en zijn dochter (Lea). We horen het verhaal over Martijn en Lea uit de mond van Adrian Herzog die Martijn toevallig ontmoet in Frankrijk. Omdat ze beiden in die stad wonen, rijden ze via een omweg terug naar Bern.

Langzaam ontvouwt zich het trieste verhaal over een dochter met een gave (zij speelt magnifiek viool) en haar vader die alles (op)geeft en neemt om die gave van zijn dochter te ondersteunen. Die ondersteuning ontaardt natuurlijk in een gevangenis met alle nare gevolgen vandien.

Tussen de regels door krijgen we ook een doorkijkje in het leven van Adrian, maar dat had beter achterwege kunnen blijven. Je hoeft Adrian niet te kennen om Martijn en Lea des te beter in hun hart te kunnen kijken. Het leven van Adrian is overbodig in deze context en dat had Mercier zo moeten laten. Door zijn verhaal tussen neus en lippen door te vertellen, komt Adrian eigenlijk nauwelijks of niet uit de verf. Maar afgezien van deze kleinigheid (die soms wel stoort, omdat het dwars door het verhaal van Martijn en Lea heenloopt) vertelt Mercier ook in dit boek een prachtig, soms ontroerend, maar op andere momenten ook weer schokkend en best tenenkrommend verhaal.

Marcier voelt zich thuis in taal en schijnt er zijn dagelijks werk van te hebben gemaakt (eerder was hij hoogleraar filosofie). Kleine zinnetjes voorspellen weinig goeds. Martijn was getrouwd, maar Cécile – zijn vrouw en moeder van Lea – is overleden. ‘Op die momenten voelde ik de eenzaamheid die Cécile in me had achtergelaten’. In het huis dat hij samen met zijn vrouw en Lea had gedeeld, woonde hij allang niet meer, maar ‘de stilte, die is met me mee verhuisd’. Deze tussenzinnetjes zuigen je in het verhaal en je begint te begrijpen, waarom Martijn zijn handen van het stuur wil/moet halen, als hem een vrachtauto tegemoet komt. Dat leven wil hij niet meer!

Misschien heb je eerder gemerkt dat ik een bewonderaar ben van Imre Kertesz. Ooit las ik in zijn ‘Dagboek van een galeislaaf’ het volgende citaat:

“Een vriend die me vijfentwintig jaar geleden voor het laatst had gezien. Hij sprak over iemand, over mij, over degene die ik ooit geweest was, die hij eens had gekend. Ik hoorde hem verbaasd aan en probeerde te beantwoorden aan het beeld van die hem vertrouwde, maar mij allang vreemd geworden persoon. Ten slotte gingen we uiteen en kon ik opnieuw van mijn vrijheid genieten; genieten van degene die ik niet meer ben en van degene die langzaam in mij tot rijping komt; en natuurlijk van de onnoembare persoon daartussen, wiens raadselachtige leven ik op dit moment leef.”

Dit boek las ik jaren geleden. het citaat bewaarde ik toen. Ik moest eraan denken toen ik deze zomer op pagina 105 van ‘Lea’ het volgende las:

“En toen, heel plotseling, besefte ik dat het altijd wreed is als de blikken van anderen op ons rusten; zelfs als het welwillende blikken zijn. Ze maken toneelspelers van ons. We mogen er niet meer voor onszelf zijn, we moeten er voor de anderen zijn, die ons van onszelf wegvoeren. En het ergste is dat we een heel bepaald iemand moeten zijn. De anderen verwachten dat. Terwijl we dat misschien helemaal niet zijn. Misschien willen we juist níét een bepaald iemand zijn en willen we ons achter een aangename vaagheid verstoppen.”

Wat mij betreft: neem en lees. Maar: oordeel zelf eens op basis van deze citaten. Kertesz ontving de Nobelprijs voor zijn werk. Die zal Mercier niet voor zijn ‘Lea’ ontvangen. Maar onderweg naar zijn ‘Nachttrein naar Lissabon’ (waarover later op deze plek meer)? Het zou me niet verbazen.

Trackbacks & pingbacks

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.